Na twee fantastische weken in Kaapstad stond er nu een overlandtour naar Namibië op het programma. Geen zacht bed meer maar back to basic in een tentje. Maar wel adembenemende uitzichten en oneindige sterrenhemels. Meer weten over onze kampeeravonturen met Nomad Adventures? Lees dan vooral verder!
Woensdag 26 februari
Om 8 uur moesten we ons melden bij de Nomad Office voor de start van onze overlandtour naar Namibie. We werden welkom geheten door onze guides Zenzo en Welsh en Brenda de overlandtruck. Met 19 anderen vertrokken we naar de eerste stop: Blouberg beach. Op dit strand heb je een prachtig uitzicht op de Tafelberg en konden we gedag zeggen tegen Kaapstad. De groepssamenstelling is aardig divers. Van 19 tot 63 jaar en van verschillende nationaliteiten. In de Bayside mall konden we nog wat laatste boodschappen inkopen om daarna de weg te vervolgen richting Citrusdal waar we de tent voor de eerste keer zouden gaan opzetten. Rond 15.00 uur kwamen we daar aan en werd de lunch klaargemaakt. Na de lunch kregen we de instructies hoe we de tent moeten opzetten en afbreken. Piece of cake voor ons. Bijna de hele groep had het optionele activiteitenpakket bijgeboekt en vandaag was dat een guided walk door de Cederberg Mountains. Jil en ik bleven gelukkig achter en konden een duik in het zwembad nemen. Rond half 9 kwam de groep terug van een oninteressante tour en stond het diner al klaar. Na de briefings en de nodige voorstelrondes zijn we onze tent in gedoken want de volgende dag stond een lange rit op het programma naar de grens van Namibië.
Donderdag 27 februari
Na een redelijke nacht (het koelde nog best wel af en wij hadden alleen maar een lakentje om onder te liggen) ging de wekker om 5.30 uur en de haan kraaide er op dat moment ook al vrolijk op los. Tent inpakken, ontbijten en Brenda weer in want het zou een lange rit worden vandaag. Onderweg zijn we een aantal keren gestopt en uiteindelijk kwamen we zo tegen zonsondergang aan bij Orange River. Tent opzetten, vuurtje maken en even een douche nemen. Een buitendouche uitkijkend op de Orange River, de natuurlijke grens met Namibië. Het begon wel een beetje te regenen overigens maar dat waren niet meer dan een paar druppels. We hebben in de bar nog even een Savanna gedronken met een aantal mensen van de groep en zijn daarna weer eens redelijk op tijd gaan slapen. We werden echter ’s nachts wel wakker van ‘iets’ wat tegen onze tent aan lag. Het bleek de hond van de camping te zijn. Voordat we daar achter waren hadden we onze doodsangsten al uitgeslagen…
Vrijdag 28 februari
Omdat niemand van de groep de behoefte had om te gaan kanoën over de Orange river zijn we na het ontbijt al vertrokken met Brenda. De Fish River Canyon was de bestemming deze dag en dat betekende niet zo heel lang in de overlandtruck, gelukkig. We kwamen redelijk op tijd in Hobas restcamp aan maar er was uiteraard weinig te doen. Het zwembad zag er een beetje vies uit dus zijn we Savanna gaan drinken bij de kiosk. Rond een uurtje of 5 zijn we door ‘papa’ Zenzo naar de Fish River Canyon gebracht voor een prachtige zonsondergang. Na een korte hike van een uurtje langs de rand van de canyon kwamen we bij het main viewpoint. Vanaf hier konden we van de zonsondergang genieten. Het is niet toegestaan om af te dalen in de canyon omdat het vanwege de hitte veel te gevaarlijk is. De temperatuur kan in de canyon oplopen tot 50 graden. Na zonsondergang zijn we teruggereden naar de campsite waar ‘mama’ Welsh (de andere tourguide) een lekker diner had gemaakt: spareribs met salade. Het is zo mooi om de sterrenhemel hier te zien als het donker is! Tienduizenden sterren. De campings zijn heel erg basic en de elektriciteit ging er zelfs na 22.00 uur af tot 5.00 uur in de ochtend, maar het is altijd, buiten het zwembad op deze camping om, superschoon.
Zaterdag 1 maart
Om 6.45 uur vertrok Brenda weer voor een lange rit van 10 uur. Vandaag richting Sesriem. Alles ging redelijk volgens plan en rond 10 uur hadden we een stop in Bethanien. Een klein plaatsje waar we wat laatste inkopen konden doen. De supermarkt had alleen de hoognodige dingen dus Jil en ik waren snel uitgekeken. Onderweg zijn we gestopt voor de lunch. De zon brandde alweer aardig aan de hemel. Om half 5 in de middag kwamen we bij de campsite aan. Tent opzetten, een duik in het schone zwembad genomen en rond zessen moesten we alweer op pad. Een korte rit naar de Sesriem canyon. Een mooie zandstenen canyon van 1 kilometer lengte, uitgeslepen door het water uit de Tsauchab Rivier. De canyon is 30 tot 40 meter diep en hier mocht je wel naar beneden afdalen. De naam Sesriem is gegeven door Afrikaner Boeren die hier met hun ossen kwamen om water te putten. Als er water in de canyon stond, gebruikten ze daarvoor emmers waarvoor een lang touw nodig was. Als alternatief voor touw werden meestal riemen van het ossentuig gebruikt waarvan er zes nodig waren om de emmer in de canyon te krijgen. Wederom konden we genieten van een mooie zonsondergang. Terug op de camping stond het diner alweer voor ons klaar. Na het eten hebben Jil en ik van Welsh een uitleg over de sterrenhemel gehad. De Melkweg is zo duidelijk te zien samen met nog ontelbaar veel meer sterren. Daarna nog een laatste drankje in de bar gehaald en mama nog maar even geholpen met aardappels schillen voor 21 personen.
Zondag 2 maart
Een early wake up, namelijk 5 uur ’s ochtends. Zonder ontbijt meteen de truck in richting Dune 45. Een van de hoogste zandduinen (170 meter) in de desert van Namibië. We waren de allereerste van de dag en begonnen in lichte schemering aan de flinke klim over de rand van het duin. Het was echt een stuk zwaarder en qua afstand langer dan gedacht. Boven hebben we gewacht tot de zonsopkomst. De stilte is bijzonder en ook de kleuren van de duinen in de zon maken het tot een ervaring om nooit te vergeten. Na zonsopgang zijn we weer naar beneden gewandeld en dan zie je pas echt goed hoe hoog het is. Eenmaal beneden stond het ontbijt klaar en aten we dus midden in de woestijn ons ontbijtje. Vervolgens zijn we naar de Sossusvlei gereden en van daaruit een transfer met een 4x4 naar Deadvlei. Vanaf daar moesten we nog een kilometer lopen en als je dan over de laatste zandberg komt zie je een heel apart natuurverschijnsel. Het lijkt wel of het beton is met her en der dode bomen en grote zandduinen eromheen. Na al dit moois zijn we teruggegaan naar de campsite waar we ons even konden opfrissen want inmiddels zat het zand en stof overal.
Na de lunch vertrokken we richting Solitaire en dat was een kleine 3 uur rijden. De campsite daar was er eentje zonder elektriciteit maar wel met een fantastisch uitzicht over de desert. Om half 6 zijn we met een ‘Boesman’ de desert in gereden met een 4x4. Hij vertelde heel gepassioneerd over het leven, de flora en de fauna in de desert. Iedereen was aardig onder de indruk van zijn verhaal. Op een mini Tafelberg hebben we oneindig ver kunnen kijken en alweer een de zonsondergang gezien. Het diner was alweer klaar en daarna zijn we na een paar grappige spellen naar ons tent gegaan. Wij waren overigens totaal niet goed voorbereid op deze kampeertrip. Zonder kussen en slaapzak zijn we aan deze trip begonnen omdat we dachten dat het niet zo koud zou zijn ’s nachts maar het koelt wel degelijk aardig af waardoor we eigenlijk iedere keer midden in de nacht wakker worden omdat we het koud hebben. Maar zoals Boesman ons tijdens de tour had verteld zijn dekens alleen maar een obstakel in de desert en zul je hier nooit sterven van de kou. Dat was toch wel een hele geruststelling.
Maandag 3 maart
Deze morgen was het om 6.45 tijd voor het ontbijt en 7.30 uur zette Brenda koers richting de kust van Namibië. We reden kilometerslang langs het Namib-Naukluft park en zagen daar heel veel zebra’s, gemsbokken en springbokkies. Onderweg stopten we bij Tropic of Capricorn: de hoogste breedtegraad op het Zuidelijk halfrond. Niks bijzonders te zien behalve het bord dat met koeienletters ‘TROPIC OF CAPRICORN’ toont. Het landschap veranderde van desert naar een soort heuvelachtig groen maanlandschap. Onderweg hebben we ook nog one of the ugly Five gesignaleerd: de spotted hyena! En lelijk is dat beest zeker… Voor de lunch kwamen we aan in Walvisbaai, waar vaak flamingo’s te zien zijn. We hadden geluk want er zaten in inderdaad heel veel flamingo’s. Met het uitzicht op de baai met flamingo’s konden we van onze lunch genieten.
Vanaf Walvisbaai was het nog maar een uurtje naar Swakopmund. Dit keer geen nacht in de tent maar een eigen kamer en badkamer en een zacht bed én een dekbed in Amanpuri Travellers lodge. Wij kregen kamer 16 toegewezen. Ook eindelijk weer wi-fi dus we zijn eerst even in de lounge gaan zitten om weer even contact met de buitenwereld te maken. Daarna zijn we een rondje gaan wandelen en hebben we weer een keer koffie gedronken met cheesecake en een pecannoten taartje. Zo lekker! Op de craftsmarkt kochten we wat leren armbandjes als souvenir en terug in de lodge stond er een dame met een mobiele mani- en pedicure en heb ik mijn voeten en nagels laten doen. We hadden met Roy en Jolijn afgesproken om samen te gaan eten en rond 20.00 uur zijn we naar Napolitana gegaan. Lekker pizza gegeten met een flesje wijn erbij. Daarna nog een fles. En daarna nog een paar Savanna en de avond afgesloten in dé bar van Swakop: Gruniz. Tegen sluitingstijd werden we eruit gezet en het was weer een geslaagde avond. Maandag is de nieuwe vrijdag…
Dinsdag 4 maart
Om half 10 werden we opgepikt om te gaan sandboarden en gelukkig was het bewolkt. Na een korte rit stonden we opeens middenin de woestijn en kon het feest beginnen. Schoenen aan, board mee en de duin beklimmen. We kregen een goede uitleg over hoe het werkte en daarna moesten we er toch echt aangeloven. Het was supergaaf om te doen en voor onervaren wintersporters als wij deden we het lang niet slecht. Na 2 afdalingen was het tijd voor het lie-down boarden. Met 69 km/h de berg af razen op een houten plaat. Het enige nadeel aan sandboarden is dat je steeds weer opnieuw omhoog moet lopen. Helemaal gesloopt en leeg kwamen we beneden waar een lekkere lunch voor ons klaarstond. Moe maar voldaan zijn we bij Amanpuri afgezet en hebben we onze spullen bijelkaar gezocht omdat onze trip met Nomad erop zat. We bleven echter nog wel een nachtje langer in Swakopmund maar dan wel in een ander hostel: Skeleton Beach backpackers. Hoog tijd voor een powernap die middag. We zijn wezen eten bij Kucki’s pub en toen was het toch echt tijd om afscheid te nemen van de groep.
Woensdag 5 maart
Rond 11.00 uur in de ochtend namen we de Intercape richting Windhoek. Aan boord werd eerst nog gebeden voor een veilige trip. Er kon dus weinig meer mis gaan. De airco in de bus stond op -10 en toen we buiten stapten was het minstens 30 graden. In Windhoek aangekomen bij het Intercape busstation moesten we een taxi nemen naar het 3 km verderop gelegen hostel. Eenmaal in de taxi bleek dat we bij een analfabeet waren ingestapt die ook nog eens geen Engels sprak en ons ook nog wilde oplichten door een veel te hoge prijs te vragen. Welkom in Windhoek. Het hostel was erg rustig en we hebben even heerlijk gechilld en zijn ’s avonds wat gaan eten bij Joe’s Beerhouse.
Om 8 uur moesten we ons melden bij de Nomad Office voor de start van onze overlandtour naar Namibie. We werden welkom geheten door onze guides Zenzo en Welsh en Brenda de overlandtruck. Met 19 anderen vertrokken we naar de eerste stop: Blouberg beach. Op dit strand heb je een prachtig uitzicht op de Tafelberg en konden we gedag zeggen tegen Kaapstad. De groepssamenstelling is aardig divers. Van 19 tot 63 jaar en van verschillende nationaliteiten. In de Bayside mall konden we nog wat laatste boodschappen inkopen om daarna de weg te vervolgen richting Citrusdal waar we de tent voor de eerste keer zouden gaan opzetten. Rond 15.00 uur kwamen we daar aan en werd de lunch klaargemaakt. Na de lunch kregen we de instructies hoe we de tent moeten opzetten en afbreken. Piece of cake voor ons. Bijna de hele groep had het optionele activiteitenpakket bijgeboekt en vandaag was dat een guided walk door de Cederberg Mountains. Jil en ik bleven gelukkig achter en konden een duik in het zwembad nemen. Rond half 9 kwam de groep terug van een oninteressante tour en stond het diner al klaar. Na de briefings en de nodige voorstelrondes zijn we onze tent in gedoken want de volgende dag stond een lange rit op het programma naar de grens van Namibië.
Donderdag 27 februari
Na een redelijke nacht (het koelde nog best wel af en wij hadden alleen maar een lakentje om onder te liggen) ging de wekker om 5.30 uur en de haan kraaide er op dat moment ook al vrolijk op los. Tent inpakken, ontbijten en Brenda weer in want het zou een lange rit worden vandaag. Onderweg zijn we een aantal keren gestopt en uiteindelijk kwamen we zo tegen zonsondergang aan bij Orange River. Tent opzetten, vuurtje maken en even een douche nemen. Een buitendouche uitkijkend op de Orange River, de natuurlijke grens met Namibië. Het begon wel een beetje te regenen overigens maar dat waren niet meer dan een paar druppels. We hebben in de bar nog even een Savanna gedronken met een aantal mensen van de groep en zijn daarna weer eens redelijk op tijd gaan slapen. We werden echter ’s nachts wel wakker van ‘iets’ wat tegen onze tent aan lag. Het bleek de hond van de camping te zijn. Voordat we daar achter waren hadden we onze doodsangsten al uitgeslagen…
Vrijdag 28 februari
Omdat niemand van de groep de behoefte had om te gaan kanoën over de Orange river zijn we na het ontbijt al vertrokken met Brenda. De Fish River Canyon was de bestemming deze dag en dat betekende niet zo heel lang in de overlandtruck, gelukkig. We kwamen redelijk op tijd in Hobas restcamp aan maar er was uiteraard weinig te doen. Het zwembad zag er een beetje vies uit dus zijn we Savanna gaan drinken bij de kiosk. Rond een uurtje of 5 zijn we door ‘papa’ Zenzo naar de Fish River Canyon gebracht voor een prachtige zonsondergang. Na een korte hike van een uurtje langs de rand van de canyon kwamen we bij het main viewpoint. Vanaf hier konden we van de zonsondergang genieten. Het is niet toegestaan om af te dalen in de canyon omdat het vanwege de hitte veel te gevaarlijk is. De temperatuur kan in de canyon oplopen tot 50 graden. Na zonsondergang zijn we teruggereden naar de campsite waar ‘mama’ Welsh (de andere tourguide) een lekker diner had gemaakt: spareribs met salade. Het is zo mooi om de sterrenhemel hier te zien als het donker is! Tienduizenden sterren. De campings zijn heel erg basic en de elektriciteit ging er zelfs na 22.00 uur af tot 5.00 uur in de ochtend, maar het is altijd, buiten het zwembad op deze camping om, superschoon.
Zaterdag 1 maart
Om 6.45 uur vertrok Brenda weer voor een lange rit van 10 uur. Vandaag richting Sesriem. Alles ging redelijk volgens plan en rond 10 uur hadden we een stop in Bethanien. Een klein plaatsje waar we wat laatste inkopen konden doen. De supermarkt had alleen de hoognodige dingen dus Jil en ik waren snel uitgekeken. Onderweg zijn we gestopt voor de lunch. De zon brandde alweer aardig aan de hemel. Om half 5 in de middag kwamen we bij de campsite aan. Tent opzetten, een duik in het schone zwembad genomen en rond zessen moesten we alweer op pad. Een korte rit naar de Sesriem canyon. Een mooie zandstenen canyon van 1 kilometer lengte, uitgeslepen door het water uit de Tsauchab Rivier. De canyon is 30 tot 40 meter diep en hier mocht je wel naar beneden afdalen. De naam Sesriem is gegeven door Afrikaner Boeren die hier met hun ossen kwamen om water te putten. Als er water in de canyon stond, gebruikten ze daarvoor emmers waarvoor een lang touw nodig was. Als alternatief voor touw werden meestal riemen van het ossentuig gebruikt waarvan er zes nodig waren om de emmer in de canyon te krijgen. Wederom konden we genieten van een mooie zonsondergang. Terug op de camping stond het diner alweer voor ons klaar. Na het eten hebben Jil en ik van Welsh een uitleg over de sterrenhemel gehad. De Melkweg is zo duidelijk te zien samen met nog ontelbaar veel meer sterren. Daarna nog een laatste drankje in de bar gehaald en mama nog maar even geholpen met aardappels schillen voor 21 personen.
Zondag 2 maart
Een early wake up, namelijk 5 uur ’s ochtends. Zonder ontbijt meteen de truck in richting Dune 45. Een van de hoogste zandduinen (170 meter) in de desert van Namibië. We waren de allereerste van de dag en begonnen in lichte schemering aan de flinke klim over de rand van het duin. Het was echt een stuk zwaarder en qua afstand langer dan gedacht. Boven hebben we gewacht tot de zonsopkomst. De stilte is bijzonder en ook de kleuren van de duinen in de zon maken het tot een ervaring om nooit te vergeten. Na zonsopgang zijn we weer naar beneden gewandeld en dan zie je pas echt goed hoe hoog het is. Eenmaal beneden stond het ontbijt klaar en aten we dus midden in de woestijn ons ontbijtje. Vervolgens zijn we naar de Sossusvlei gereden en van daaruit een transfer met een 4x4 naar Deadvlei. Vanaf daar moesten we nog een kilometer lopen en als je dan over de laatste zandberg komt zie je een heel apart natuurverschijnsel. Het lijkt wel of het beton is met her en der dode bomen en grote zandduinen eromheen. Na al dit moois zijn we teruggegaan naar de campsite waar we ons even konden opfrissen want inmiddels zat het zand en stof overal.
Na de lunch vertrokken we richting Solitaire en dat was een kleine 3 uur rijden. De campsite daar was er eentje zonder elektriciteit maar wel met een fantastisch uitzicht over de desert. Om half 6 zijn we met een ‘Boesman’ de desert in gereden met een 4x4. Hij vertelde heel gepassioneerd over het leven, de flora en de fauna in de desert. Iedereen was aardig onder de indruk van zijn verhaal. Op een mini Tafelberg hebben we oneindig ver kunnen kijken en alweer een de zonsondergang gezien. Het diner was alweer klaar en daarna zijn we na een paar grappige spellen naar ons tent gegaan. Wij waren overigens totaal niet goed voorbereid op deze kampeertrip. Zonder kussen en slaapzak zijn we aan deze trip begonnen omdat we dachten dat het niet zo koud zou zijn ’s nachts maar het koelt wel degelijk aardig af waardoor we eigenlijk iedere keer midden in de nacht wakker worden omdat we het koud hebben. Maar zoals Boesman ons tijdens de tour had verteld zijn dekens alleen maar een obstakel in de desert en zul je hier nooit sterven van de kou. Dat was toch wel een hele geruststelling.
Maandag 3 maart
Deze morgen was het om 6.45 tijd voor het ontbijt en 7.30 uur zette Brenda koers richting de kust van Namibië. We reden kilometerslang langs het Namib-Naukluft park en zagen daar heel veel zebra’s, gemsbokken en springbokkies. Onderweg stopten we bij Tropic of Capricorn: de hoogste breedtegraad op het Zuidelijk halfrond. Niks bijzonders te zien behalve het bord dat met koeienletters ‘TROPIC OF CAPRICORN’ toont. Het landschap veranderde van desert naar een soort heuvelachtig groen maanlandschap. Onderweg hebben we ook nog one of the ugly Five gesignaleerd: de spotted hyena! En lelijk is dat beest zeker… Voor de lunch kwamen we aan in Walvisbaai, waar vaak flamingo’s te zien zijn. We hadden geluk want er zaten in inderdaad heel veel flamingo’s. Met het uitzicht op de baai met flamingo’s konden we van onze lunch genieten.
Vanaf Walvisbaai was het nog maar een uurtje naar Swakopmund. Dit keer geen nacht in de tent maar een eigen kamer en badkamer en een zacht bed én een dekbed in Amanpuri Travellers lodge. Wij kregen kamer 16 toegewezen. Ook eindelijk weer wi-fi dus we zijn eerst even in de lounge gaan zitten om weer even contact met de buitenwereld te maken. Daarna zijn we een rondje gaan wandelen en hebben we weer een keer koffie gedronken met cheesecake en een pecannoten taartje. Zo lekker! Op de craftsmarkt kochten we wat leren armbandjes als souvenir en terug in de lodge stond er een dame met een mobiele mani- en pedicure en heb ik mijn voeten en nagels laten doen. We hadden met Roy en Jolijn afgesproken om samen te gaan eten en rond 20.00 uur zijn we naar Napolitana gegaan. Lekker pizza gegeten met een flesje wijn erbij. Daarna nog een fles. En daarna nog een paar Savanna en de avond afgesloten in dé bar van Swakop: Gruniz. Tegen sluitingstijd werden we eruit gezet en het was weer een geslaagde avond. Maandag is de nieuwe vrijdag…
Dinsdag 4 maart
Om half 10 werden we opgepikt om te gaan sandboarden en gelukkig was het bewolkt. Na een korte rit stonden we opeens middenin de woestijn en kon het feest beginnen. Schoenen aan, board mee en de duin beklimmen. We kregen een goede uitleg over hoe het werkte en daarna moesten we er toch echt aangeloven. Het was supergaaf om te doen en voor onervaren wintersporters als wij deden we het lang niet slecht. Na 2 afdalingen was het tijd voor het lie-down boarden. Met 69 km/h de berg af razen op een houten plaat. Het enige nadeel aan sandboarden is dat je steeds weer opnieuw omhoog moet lopen. Helemaal gesloopt en leeg kwamen we beneden waar een lekkere lunch voor ons klaarstond. Moe maar voldaan zijn we bij Amanpuri afgezet en hebben we onze spullen bijelkaar gezocht omdat onze trip met Nomad erop zat. We bleven echter nog wel een nachtje langer in Swakopmund maar dan wel in een ander hostel: Skeleton Beach backpackers. Hoog tijd voor een powernap die middag. We zijn wezen eten bij Kucki’s pub en toen was het toch echt tijd om afscheid te nemen van de groep.
Woensdag 5 maart
Rond 11.00 uur in de ochtend namen we de Intercape richting Windhoek. Aan boord werd eerst nog gebeden voor een veilige trip. Er kon dus weinig meer mis gaan. De airco in de bus stond op -10 en toen we buiten stapten was het minstens 30 graden. In Windhoek aangekomen bij het Intercape busstation moesten we een taxi nemen naar het 3 km verderop gelegen hostel. Eenmaal in de taxi bleek dat we bij een analfabeet waren ingestapt die ook nog eens geen Engels sprak en ons ook nog wilde oplichten door een veel te hoge prijs te vragen. Welkom in Windhoek. Het hostel was erg rustig en we hebben even heerlijk gechilld en zijn ’s avonds wat gaan eten bij Joe’s Beerhouse.